Dat aerodynamica belangrijk is tijdens het fietsen is alom bekend. Maar vaak krijgen wij de vraag: “Hoe relevant is aerodynamica tijdens een klim?” Dit is een interessante vraag, omdat bij het klimmen enerzijds de snelheid lager is, wat aerodynamica minder belangrijk maakt, maar de meeste rijders leggen tijdens hun klim de handen boven op het stuur, wat een veel minder aerodynamische vorm geeft. Wat weegt het meeste mee?
Wij hebben een klein experiment gedaan om antwoord te geven op deze vraag. We hebben drie houdingen op verschillende snelheden in de windtunnel gezet, om te kijken wat de impact is op snelheid bij vergelijkbare kracht (in watt).
De drie houdingen zijn in de drops, op de hoods en met de handen in het midden bovenop (tops). Klim snelheden verschillen van 6 km/h voor beginners op een alpencol, tot 22 km/h voor Steven Kruiswijk op de Col de l’Iseran tijdens de Tour de France in 2019.
Steven Kruiswijk had ruim 400 Watt nodig om de snelheid van 22 km/h te halen, ervan uitgaande dat hij zijn handen boven op het stuur (tops) had. Bij een andere houding zou hij de met dezelfde snelheid maar met minder vermogen (Watts) kunnen klimmen. Voor de Col de l’Iseran (7%), zou hij tot 29 Watt kunnen uitsparen (~7%). Bij een minder steile klim van 3.5%, zou hij met een meer aero houding maar liefst 19% kracht kunnen uitsparen.